Hallerbos

Het Hallerbos is het belangrijkste en meest uitgestrekte bosgebied tussen Zenne en Zoniën. Je vindt er een grote variatie aan boomsoorten: onder andere eik, beuk, es, den, lork en de opvallende sequoiadendron, beter bekent als mammoetboom. Het Hallerbos was ooit onderdeel van het Kolenwoud. Dit gigantische oerbos strekte zich in de tijd van de Romeinen uit van de oevers van de Rijn en de Moezel tot de Noordzee. Het Hallerbos kent een woelige geschiedenis, maar tijdens de Eerste Wereldoorlog liet de Duitse bezetter bijna alle grote bomen kappen om met het hout hun loopgraven te verstevigen. Het Hallerbos werd toen vrijwel geruïneerd achtergelaten. Vanaf 1930 tot 1950 werd een groot deel van het bos opnieuw aangelegd. Ook vandaag koopt de overheid aangrenzende landbouwgronden aan om het bos verder uit te breiden. Het Hallerbos is het hele jaar door een prachtig bos, maar in de maand april gebeurt er een soort wondertje: dan kleurt het bos volledig paars door de bloei van tapijten vol boshyacinten. In combinatie met de ontluikende frisgroene beukenblaadjes ontstaat er een licht- en kleurenfestival van jewelste. Nationale en internationale toeristen komen in deze periode met bussen vol naar het Hallerbos en staan er files om überhaupt bij de parkeerplaatsen te komen.

Wil je meer lezen over het fotograferen in het Hallerbos, lees dan ook eens mijn blog: Hallerbos: het licht gezien.